Blindehoekdynamiek in gezinnen met (ongezien) autisme

met tips & handvatten voor Bijrijders

Blindehoekdynamiek is een term die in is geïntroduceerd door ervaringsdesundige Henrike van Engelenburg in haar gids voor Bijrijders & professionals: Leven naast autisme (2025).  Het maakt zichtbaar wat tot nu toe vaak over het hoofd werd gezien: het Bijrijdersperspectief.

Dit perspectief werpt nieuw licht op de dynamiek tussen mensen met ASS en hun naasten, en toont de blinde vlekken van beiden. Het helpt gedrag van mensen met ASS te begrijpen vanuit hun intentie en sociale uitdagingen, maar belicht tegelijk de vaak ongeziene impact die dit gedrag heeft op de Bijrijder. Die worstelt niet zelden met verwarring, afwijzing of oude pijn, juist omdat zij zich emotioneel opnieuw buitengesloten voelt. Blindehoekgedrag onthult zo hoe ogenschijnlijk ‘klein’ gedrag diepe sporen kan nalaten – zonder dat iemand dat bedoelt.

De volgende tabel (Blindehoekdynamiek in autistische gezinsdynamiek) is ontwikkeld door Henrike van Engelenburg, op basis van haar ervaring met deze dynamiek in haar eigen familie, gezin en gesprekken die zij voerde met Bijrijders. Het doel is om volwassen Bijrijders inzicht te geven in gedrag in het hier en nu, dat vaak pijnlijke of verwarrende emoties bij henzelf oproept. De tabel biedt ook handvatten voor hoe hier mee om te gaan.

Dr. Groen, klinisch neuropsycholoog, heeft de autistische onzichtbare familiedynamiek inhoudelijk getoetst, de onzichtbare handicaps van de autist aangevuld en nuances aangebracht en bevestigt vanuit haar expertise. Haar professionele en ervaringsdeskundige bevestiging van de tabel ondersteunt de toepasbaarheid van de tabel.

In deze tabel zijn meer dan twintig herkenbare gedragingen opgenomen die kunnen overkomen als pestend, grensoverschrijdend of respectloos. Ze zijn samengebracht in zes hoofdpatronen, om overzicht te bieden en de onderliggende dynamiek beter te begrijpen. In de derde kolom staan tips en handvatten voor Bijrijders – gericht op hun eigen welzijn én op het verbeteren van de interactie. Want ook de Bijrijder draagt (onbewust) bij aan de negatieve dynamiek; die ontstaat juist door een mismatch tussen autist en niet-autist.

Tabel ‘Blindehoekdynamiek in autistische gezinsdynamiek’

Strategie

1.       De autist negeert je of doet alsof je niet bestaat

De mogelijke onzichtbare handicaps van de autist: het autistisch perspectief

Bijrijders in contact met en zonder autisme: het Bijrijdersperspectief

TIPS: Inzicht en houvast als het moeilijk is – jij mag kiezen hoe je reageert

Als een autistisch persoon je lijkt te negeren of afstandelijk overkomt, is dat meestal geen onwil.

Vaak is hij/zij overprikkeld, aan het dissociëren, of heeft tijd nodig om informatie te verwerken. Ook kan het zijn dat hij/zij (nog) niet goed kan verwoorden wat er gevoeld of gedacht wordt.

Je wordt (kort of langer) genegeerd en oude pijn in jou wordt geraakt

. Een strakke, afstandelijke blik zegt jou: je doet er niet toe. Jij voelt afwijzing. Dit
roept woede, pijn of verlamming op en je schiet in de Voorsorteerreflex — je bevestigt je eigen angst door je reactie.

. Wegkijken of afdwalen midden in gesprek triggert bij jou oude pijn: een ouder die fysiek aanwezig, maar emotioneel afwezig was. Je voelt je ineens teveel of onzichtbaar.
. Wat de ander ‘onbenullig’ gedrag vindt, raakt jou diep. Je reageert op het nu met gevoelens van toen.


In dergelijke dynamiek ben jij geneigd alles te doen om tóch verbinding te maken. Je gaat harder je best doen, meer uitleggen of vragen stellen (Verbindingsdwang, pleasen). Je past je aan, wordt extra aardig, houdt het gesprek op gang. Niet omdat het nu nodig is, maar omdat je lijf oude afwijzing herkent. De last van verbinding maken ligt — alweer — helemaal bij jou.

Contactverlies en pijnlijk gevoel

Autisme: Zoek een veilig iemand om jouw oude pijn mee te delen. Op een later moment als de autistische persoon uitgerust is, kun je opnieuw proberen om contact te krijgen over het probleem en doorvragen naar hun werkelijke behoefte. Valideer hun emoties. Pas daarna kun je proberen jouw kant van het verhaal uit te leggen, hou het bij jouw emoties en behoeften, zonder verwijten te maken. Leg uit wat het verschil is met het standpunt van de ander.

Niet-autisme: Je voelt je als persoon niet gewaardeerd en denkt te voelen dat er diep vanbinnen iets mis met jou is. Besef dat er echt niets mis is met jou. Hier is het belangrijk om jouw eigen standpunt duidelijk uit te leggen.

2.       De autist manipuleert jou zodat het op hun manier gaat

De mogelijke onzichtbare handicaps van de autist: autistisch perspectief

Bijrijders in contact: met en zonder autisme: Bijrijdersperspectief

TIPS: Inzicht en houvast als het moeilijk is – jij mag kiezen hoe je reageert

Wat als manipulatie kan overkomen, is bij autistische mensen vaak geen opzet.

Door hun onzichtbare handicap (ToM, zie paragraaf 1.2.) denken ze vaak sterk vanuit zichzelf (zelfreferentie), missen ze soms het perspectief van de ander of hebben ze duidelijke rolpatronen nodig voor houvast.

Hun ‘paniek’ is een hulpvraag en ontstaat wanneer ze overprikkeld zijn of het overzicht kwijt zijn, en zijn zich vaak niet (meteen) bewust of dat voor jou uitkomt of wat jij daarbij voelt.

Je voelt je een voetveeg en raakt jezelf kwijt

. Je voldoet nooit of net niet. Je past je constant aan, twijfelt aan jezelf: deug ik wel? Kritiek raakt je diep en voelt als falen, niet als feedback.
Je reageert met schaamte, schuld, verlamming of woede (Wachtrijreflex).
. Jouw mening en kennis doen er niet toe. Je voelt je genegeerd, alsof je onzichtbaar bent. Je raakt cynisch of boos: zij begrijpen het gewoon niet (Voorsorteerreflex). Je neemt afstand of verdedigt jezelf overdreven.
. Je voortdurend verstoren in je bezigheden. Je voelt je schuldig als je je ergens in verdiept en afwezig bent, alsof beschikbaar zijn je plicht is. Rust voelt onveilig, alertheid is je overlevingsstand. Bij een kleine onderbreking voel je irritatie of zegt alles af (Wachtrijreflex).
Rust voelt als gevaar, beschikbaarheid als veiligheid. Je laat over je grenzen gaan, door anderen of jezelf. Oude patronen uit je jeugd bepalen nog steeds je reacties.

Grenzen, boosheid en overprikkeling

Autisme: Boos worden helpt niet want dan wordt de autist alleen maar overprikkeld, waarmee een andere dynamiek gestart wordt. Hij/zij begrijpt niet waarom hij/zij niet mag zeggen wat ze vindt of denkt. Benoem rustig dat jij met iets anders bezig bent en wanneer je wel tijd hebt. Past dat niet, is de ander teleurgesteld of razend? Loop weg uit de situatie, je hebt goed gehandeld, je mag je grenzen aangeven.

Niet-autisme: Jouw grenzen worden keer op keer overschreden door dit gedrag, waardoor je jezelf minderwaardig gaat voelen. Besef dat ieder mens zijn eigen persoonlijke ruimte heeft die hij/zij mag innemen; dat is jouw mooie unieke zelf. Boos worden helpt om je grens aan te geven, maar leg uit waarom je overreageert. Vraag om meer ruimte of hulp.

3.       De autist disrespecteert jouw grenzen

De mogelijke onzichtbare handicaps van de autist: het autistisch perspectief

Bijrijders in contact met en zonder autisme: het Bijrijdersperspectief

TIPS: Inzicht en houvast als het moeilijk is – jij mag kiezen hoe je reageert

Autistisch gedrag kan soms overkomen als beschuldigend, storend  manipulatief of pestend, maar dat komt meestal voort uit een behoefte aan duidelijkheid, moeite met communicatie, impulscontrole of gebrek aan sociaal snapvermogen. Vaak zijn de reacties emotioneel onvolwassen.

Je grenzen worden genegeerd en jij krimpt in

. Impliciet beschuldigende vragen stellen. “Waarom deed je dat zo?” voelt als oordeel. Je schiet in verdediging, zegt sorry of blokkeert. Oude schuldgevoelens worden geactiveerd: ik heb iets verkeerd gedaan.
. Alles wat je zegt wordt in twijfel getrokken. Je voelt je niet serieus genomen en schiet in boosheid of sarcasme (Wachtrijreflex). Je gaat twijfelen aan jezelf, checkt alles dubbel, je perfectionisme slaat op hol.
. Nemen alle ruimte in – fysiek, emotioneel en mentaal. Jij maakt je klein, letterlijk en figuurlijk. Je houdt je stil, zegt niets over je rugpijn of behoefte aan rust. Drukt jezelf – figuurlijk en soms letterlijk- in de hoek van de autostoel, om maar niet tot last te zijn. Frustratie hoopt zich op tot je ontploft of je terugtrekt in stil protest.

Onbegrepen zijn en valideren van gevoelens

Autisme: Pick your battles, is hier het advies. Beweeg soms mee, maar als het echt jouw grenzen overgaat: hou voet bij stuk, ook als dat gevolgen heeft dat je tijdelijk afstand moet nemen. Het kan helpen om ideeën stap voor stap in te brengen en niet meteen het hele plan tegelijk. Visuele ondersteuning kan hierbij ook helpen, tekst of plaatjes.

Niet-autisme: Je voelt dat jouw plannen en goede bedoelingen worden aangevallen, niet gehoord worden en geen recht van bestaan hebben. Soms kun je ook het gevoel krijgen dat jij geen recht van bestaan hebt omdat je op de persoon wordt aangevallen. Wankel niet: bedenk dat in een emotioneel volwassen gesprek, iedereen zijn waardevolle inbreng heeft en iedereen gehoord mag worden. Iedereen verdient respect. Ook jij.

Blijf bij jouw intentie, niet bij hun interpretatie. Neem eventueel (tijdelijk) afstand als jouw beleving onbespreekbaar blijft of geen plek mag krijgen.

 

Belangrijk: Gaslighting is géén onderdeel van autisme. Als dergelijk gedrag toch voorkomt, kan het eerder te maken hebben met een andere beleving van de autist. Of het is bijkomende problematiek zoals een persoonlijkheidsstoornis, jeugdtrauma of onveilige hechting — niet met autisme zelf.

. En dan vermeend gaslighting door de autist of een beschuldig ervan door de autist aan jouw adres: subtiel of niet zo subtiel. Je gaat twijfelen aan je eigen beleving, je herinneringen, je gevoel, je waarneming. “Doe ik dat? Stel ik me aan? Was het wel zo erg?” Je gelooft de ander eerder dan jezelf. En langzaam raak je kwijt wat van jou was: je grens, je ruimte, je waarheid. Zie ook dynamiek nummer 6 over je zelfbeeld.

4.       De autist is eenzijdig in het contact of duwt je weg

De mogelijke onzichtbare handicaps van de autist: het autistisch perspectief

Bijrijders in contact met en zonder autisme: het Bijrijdersperspectief

TIPS: Inzicht en houvast als het moeilijk is – jij mag kiezen hoe je reageert

Autistische mensen kunnen in sociaal contact eenzijdig of afstandelijk overkomen.

Dit gedrag is zelden bewust onaardig, maar ontstaat door een combinatie van overprikkeling, behoefte aan duidelijkheid, een verminderd sociaal snapvermogen en/of emotioneel bewustzijn. Ze denken vaak vanuit zichzelf, missen het vermogen om spontaan interesse te tonen of gesprekken op de ander te richten, of hebben moeite met het geven van complimenten of het herkennen van sociale gevoeligheden. Ook kan het lastig zijn voor hen om zich open te stellen voor andere interesses dan die van zichzelf. Autisten en niet-autisten zitten als het ware “op een andere golflengte” in het contact.

Je zoekt verbinding, je blijft trekken

. Nooit contact met je zoeken, tenzij ze je nodig hebben Je denkt: zie je wel, ik ben niet belangrijk genoeg. Je voelt je genegeerd en gaat harder je best doen (pleasen). Of je trekt je terug en reageert koel (passief agressief): “O, nu weet je me ineens te vinden?”
. Heeft nooit spontaan interesse, maar jij moet het wel hebben. Je blijft geven zonder iets terug te krijgen. Je bagatelliseert je behoefte aan aandacht en houdt informatie achter: “Het interesseert haar/hem toch niet.”
. Als niks nieuw of interessant is, omdat ze het toch al weten, dan stokt jouw enthousiasme. Je deelt minder, zoekt erkenning elders (afstand), of probeert het de volgende keer nog beter te doen (perfectionisme).
. Geven nauwelijks complimenten. Jij hunkert naar erkenning, maar wuift complimenten weg. Of je kaatst terug met steken als: “Ik doe de volgende keer nog eens iets voor je.”
. Stellen onaardig kritisch corrigerende vragen. Jij voelt je aangevallen, verdedig je of hou info achter. Soms sla je terug met zogenaamd naïeve vragen: “Waarom zou je dat zo doen dan?” (passief agressief). Je autistische ouder met haar/zijn onaardige kritische houding bepaalt nog steeds je reactie.

Grenzen stellen in sociale verbinding

Autisme: Stel als Bijrijder steeds weer liefdevol jouw grenzen en licht toe waar verantwoordelijkheden werkelijk liggen. Dit maakt je niet egoïstisch en geen slechte ouder of dochter. Iemand met ASS heeft verbinding wel nodig. Het kan daarom helpend zijn om vaste sociale activiteiten in te plannen, zoals een filmavond, elke maand een dagje weg of een jaarlijks reisje. Door een persoon met ASS op een gestructureerde manier bij deze activiteiten te betrekken, kan er toch een vorm van sociale verbinding ontstaan, zonder dat de ander hiervoor zelf het initiatief hoeft te nemen.”

Niet-autisme: In een huwelijk of vriendschap is wederzijdse belangstelling en waardering cruciaal. Is het een ‘goede’ vriend of vriendin? Neem wat vaker afstand, vriendschappen zonder enige belangstelling of waardering zijn geen vriendschappen waarin jij je kunt opladen. Je hoeft je niet te verantwoorden voor het feit dat je minder initiatief neemt.

5.       De autist maakt dingen moeilijker dan ze zijn

De mogelijke onzichtbare handicaps van de autist: het autistisch perspectief

Bijrijders in contact met en zonder autisme: het Bijrijdersperspectief

TIPS: Inzicht en houvast als het moeilijk is – jij mag kiezen hoe je reageert

Autisten kunnen soms dingen moeilijker laten lijken dan ze zijn, maar dit komt vaak door angst, behoefte aan duidelijkheid, en moeite met verandering.

Ze zijn vaak detailgericht, wantrouwig uit zelfbescherming, of hebben moeite met het aangeven van hun eigen wensen. Wat overkomt als tegenwerking of weerstand is meestal een uiting van stress, onduidelijkheid of behoefte aan structuur. Hun gedrag is zelden bedoeld om moedwillig tegen te werken, maar ontstaat uit hun onzichtbare sociale beperking.

Alles loopt stroef en je overleeft in plaats van samen te werken

. Je plannen worden getorpedeerd. En dat raakt méér dan je agenda — het raakt je bestaansgrond. Je voelt paniek, woede of schiet in overaanpassing: “Geeft niet hoor!” Maar vanbinnen knaagt het: Waarom telt mijn tijd nooit mee? Of elke wijziging voelt als ontregeling. Je hebt plannen nodig om grip te houden. In je jeugd waren chaos en stemmingswisselingen misschien de norm. Nu is strak organiseren en structuur jouw veiligheid en die wil je beschermen.
. Wantrouwen alles. Als iemand twijfelt aan je intentie, ga je overcompenseren: “Kijk maar, ik doe het goed!” Of je trekt je terug, wordt snibbig of begint dingen achter te houden. Je zoekt geruststelling bij mensen die je wel vertrouwen. Beide reacties maken je klein.
. Altijd het tegenovergestelde zeggen. Wat jij wil, lijkt precies het tegenovergestelde van wat zij willen. Je past je aan óf gaat de strijd aan. Beide kosten veel energie. Soms saboteer je subtiel of stem je in, maar zonder hart.
. Geven nooit instemming. Samenwerking voelt als sabotage. Je bent gewend het alleen te doen, dat is sneller, beter, veiliger. Samenwerken frustreert: “Ik moet tóch alles zelf doen.” Je kiest partners die niet mee- noch tegenwerken, dan hou jij de regie.

Communicatie, keuzes en omgaan met verschillen

Autisme: Stel geen open vragen aan een autist of beperk het aantal keuzes. Benoem eventueel een beperkt aantal voor- en nadelen, zonder druk te leggen op het maken van de ‘juiste’ keuze en laat weten dat een keuze niet definitief hoeft te zijn. Supertip: Probeer als Bijrijder niet onbewust jouw eigen verlangens, zorgen of voorkeuren te projecteren op de ander. Wat jij belangrijk vindt of nodig hebt, is niet automatisch helpend of passend voor de persoon met autisme. Focus liever op wat hij of zij op dat moment aankan of nodig heeft. Dat vraagt om acceptatie van dat het anders gaat dan jij wil. Het vraagt om telkens opnieuw aanwezig te zijn in het hier en nu – zonder te duwen, te sturen of te verwachten.

Niet-autisme: Blijf bij je intentie, niet bij hun interpretatie. Als iemand structureel jouw ervaring ontkent, overweeg dan afstand. Je bent niet verplicht om jezelf eindeloos te verantwoorden. Je hoeft het misverstand niet te repareren als dat ten koste gaat van jouw integriteit. Het feit dat je het kunt oplossen (door mee te buigen) betekent niet dat je dat moet doen.

6.       De autist denkt zwart-wit

De mogelijke onzichtbare handicaps van de autist: het autistisch perspectief

Bijrijders in contact met en zonder autisme: het Bijrijdersperspectief

TIPS: Inzicht en houvast als het moeilijk is – jij mag kiezen hoe je reageert

Autisten kunnen zwart-wit denken en emoties of situaties vereenvoudigen tot vaste oordelen (“je doet kattig, dus je bent kattig”).

Dit kan komen door een beperkt emotioneel bewustzijn, rigide denkpatronen of moeite met nuance. Ze nemen opmerkingen of afspraken soms letterlijk, missen context, of projecteren hun eigen voorkeuren of ervaringen op anderen. Ook hebben sommige autisten moeite met overzicht bewaren, executieve functies en tijdsbeleving waardoor afspraken anders opgevat worden of zelfs vergeten worden. Wat soms bot of kwetsend overkomt, is meestal geen onwil maar een gevolg van hun handicap. Zelfreflectie en inzicht in sociale dynamiek kunnen voor hen lastig zijn, waardoor bijvoorbeeld therapie soms wordt afgewezen of niet als nuttig wordt gezien.

Je bent van alles en wordt langzaam afgebrand

. Je wordt afgerekend op een momentopname. Je past je overdreven aan en gaat twijfelen aan je zelfbeeld: ben ik echt te fel? Later voel je schaamte, vermijding, of aversie jegens die persoon.
. Beoordeeld worden op uiterlijk of stijl. “Wat heb jij nou aan?” blijft hangen.
Je stemt kleding en gedrag af op wat anderen vinden. Soms ga je juist overcompenseren — met perfectie of provocatie. Lichamelijke onzekerheid (te dik, te dun) ligt dan op de loer.
. Je wordt vergeleken met ‘die ene vervelende’. Een diskwalificatie raakt je diep: je bent het. Je gaat je bewijzen, aanpassen of terugbijten. Of sarcasme en ironie zijn je harnas.
. Therapie is voor jou, niet voor hen. De ander zal nooit meegaan, tenzij om jou als ‘de oorzaak’ aan te wijzen. Je lacht je eigen emoties weg, of saboteert hulp: “Ik ben zeker weer te gevoelig.” Toch blijf je innerlijk zoeken naar bevestiging dat je niet gek bent.
. Afspraken zijn ‘plots vergeten’. Je noteert álles en checkt obsessief of anderen zich eraan houden. En zo niet, dan zwaai je woest met het bewijs. Wanneer iets anders herinnerd wordt, voel je je verraden of onzeker. Je reageert cynisch of controlerend: “Ik wist dat dit zou gebeuren.”
. De werkelijkheid wordt herschreven. Je twijfelt aan je geheugen zodra iemand anders een verhaal anders vertelt. Je zoekt obsessief naar feiten of bevestiging: “Weet jij nog…?” Of je vertelt het verhaal zelf zo dat je er sterker uitkomt.

Kritiek, zelfbeeld en emoties uitspreken

Autisme: Vraag eens door naar wat ze bedoelen en je zult merken dat het niet over jou gaat. Je mag gerust aangeven hoe het voelt voor jou als je zo bejegend wordt, maar pas nádat je de emoties van de autist hebt gevalideerd door te vragen wat je ziet: ‘ik zie dat je verdrietig bent, bang bent, klopt dat?’ Anders voelt de autist dat hij/zij de schuld krijgt en zal zich afgewezen voelen of boos worden.

Niet-autisme: Je zelfbeeld is in het geding. Haal diep adem en probeer door te vragen wat die ander bedoelt. Wees je bewust dat je echt niet gek bent en de ander zich onzeker voelt. Of wat gezegd wordt is echt onaardig en daar mag je boos over zijn, dat mag! Het is een signaal dat jouw grens bereikt is. Probeer dat rustig aan te geven en neem afstand. Je kunt niet met iedereen vrienden zijn.